Koppert Cress wil overal koploper in zijn

Kweker van zaailingen in Westland past de schoonste en zuinigste productiemethoden toe

Cressen zijn zaailingen van uiteenlopende planten; microgroenten met allerhande smaken, geuren en verschijningsvormen. Bekend is de tuinkers, maar er bestaan honderden verschillende cressen. En Koppert Cress haalt ze overal uit de wereld vandaan en kweekt ze vervolgens in haar kwekerijen in het Westland op. Het bedrijf telt inmiddels 225 werknemers. Baan: “Toen ik hier in 2002 kwam, werkten er twaalf mensen. Dat worden er hooguit vijftig schatte ik in. Maar dat liep dus anders.”

Groeiende de marktvraag

Het bedrijf groeide sinds 2002 met 15 tot 30% per jaar. Regelmatig was extra kasruimte nodig. Baan: “Het was een nog onbekend product, bedoeld om mee te koken. We wisten chef-koks ervoor te interesseren en zo groeide de marktvraag. Inmiddels hebben ook cateraars in ziekenhuizen de cressen ontdekt. Het zijn namelijk zeer gezonde groenten die ook als smaakmaker prima kunnen dienen, bijvoorbeeld om zout of suiker te vervangen. En ik ken niemand die hier allergisch voor is.”  

Vooroplopen kost veel geld

Baan wil met zijn bedrijf niet alleen koploper zijn met nieuwe producten, maar ook met de wijze van produceren. Dus gebruikt het bedrijf geen bestrijdingsmiddelen, zijn de kassen verlicht met LED en past het als koploper de jongste technieken toe om energiezuinig te produceren en het milieu zo min mogelijk te belasten. Zo zijn de kosten voor energie nog slechts 3% van de omzet, dat was ooit 25%. Intermediair Wouter Opgenoort: “Vaak lopen we met Koppert Cress voorop, moeten we technieken samen met leveranciers nog ontwikkelen, omdat het nog nooit gedaan is. Of moeten we maar afwachten of het in de praktijk ook echt het beoogde effect heeft. Dat kost erg veel geld. Regelingen als EIA of MIA\Vamil helpen dan wel om de energie- of milieu-investeringen tóch te kunnen doen. Het geeft immers veel druk op je balans, want de kost gaat voor de baat uit. Dus zeker bij dit type investeringen is het redelijk dat je financiële steun van de overheid krijgt.” 

De kas als energiebron

Ook voor dit jaar staan er weer investeringen op de agenda, want opnieuw breidt Koppert Cress z’n kasruimte uit. “Er komt 7.500 m² bij, totaal is dat 15.000 m² kweekoppervlak”, vertelt Baan. “Dit keer gaan we nog weer een stap verder met voor ons een nieuwe vorm van verwarming via luchtbehandeling. Warmte uit de kas in de zomer gebruiken we weer om de kas in de winter te verwarmen. De kas gebruiken we dus als energiebron. Met deze techniek zouden heel veel kassen hun voordeel kunnen doen. Bij de vorige kas die we bouwden, in 2016, hielden we nog een slag om de arm, maar nu durven we deze techniek vol vertrouwen voor 100% in te zetten.”

Liever een beschikking

Hoewel Koppert Cress erg tevreden is over het bestaan van dergelijke stimuleringsregelingen, heeft het bedrijf ook wel wensen. Wouter Opgenoort: “Bij EIA krijg je een beschikking, dus weet je meteen waar je aan toe bent. Bij MIA\Vamil is dat een advies. Het betekent dat je maar moet afwachten of de Belastingdienst ermee akkoord gaat. Dat zorgt voor een onzekerheid waar je soms wel een paar jaar mee zit voor je écht duidelijkheid hebt. Bij de hoogte van dit soort investeringen is dat best een risico. Dat zouden we dus graag anders zien.”

Bezoek van Koningin Máxima

De inspanningen waarmee Koppert Cress werkt aan een zo duurzaam mogelijke bedrijfsvoering zijn niet onopgemerkt gebleven. Vorig jaar won het bedrijf de Koning Willem 1 plaquette voor het getoonde duurzame ondernemerschap. In dat kader bracht Koningin Máxima onlangs een bezoek aan het bedrijf. Rob Baan, die zelf een hoge koninklijke onderscheiding ontving voor zijn inspanningen: “Een prachtige erkenning natuurlijk waar we erg trots op zijn. En een extra stimulans om er in de toekomst zo mogelijk nóg een schepje bovenop te doen!”