“Energiebesparing is en blijft van onverminderd groot belang voor het halen van de klimaatdoelstellingen. Dat is het in het huidige Energieakkoord en dat blijft het in het Klimaatakkoord. Wat je niet verbruikt, hoef je ook niet op te wekken.

In het huidige Energieakkoord is een aantal doelstellingen specifiek gericht op energiebesparing. De doelstelling om gemiddeld 1,5% per jaar te besparen hebben we met 1,7% ruimschoots gehaald. Een andere doelstelling – een besparing van 100 PJ in 2020 – bleek aanvankelijk een stuk lastiger. Gaandeweg waren extra maatregelen nodig om op koers te blijven. Bijvoorbeeld als het gaat om de energiebesparingsverplichting die voortvloeit uit de Wet milieubeheer. Deze wet verplicht bedrijven besparingsmaatregelen te nemen als deze zich binnen 5 jaar terugverdienen. Voorheen moest de overheid de bedrijven langs om te kijken of zij maatregelen namen. De bewijslast is nu omgedraaid; bedrijven zijn verplicht te melden wat ze doen. Dat is een principiële doorbraak.

De doelen van het Energieakkoord komen binnen bereik; ook als het gaat om energiebesparing. Maar er is enorm veel werk te verzetten om het gewijzigde kabinetsbeleid en het nieuwe Klimaatakkoord tot een succes te maken. Sturen op CO2-reductie staat nu in het kabinetsbeleid centraal. Het Klimaatakkoord - waarvoor deze zomer afspraken op hoofdlijnen worden gemaakt - kent dan ook één centraal doel: het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen in 2030 met 49% ten opzichte van 1990. Deze focusverschuiving betekent naar alle waarschijnlijkheid ook dat fiscale regelingen zich meer gaan richten op CO2-besparing. Het is echter niet zo dat investeren in energiebesparing dan minder belangrijk wordt. Integendeel. Energiebesparing levert in veel gevallen zelfs een grotere CO2-reductie op dan met behulp van duurzame energie bereikt wordt. Elke joule die we niet verbruiken, hoeft ook niet te worden opgewekt. Mijn verwachting is dat dat straks ook bij het ombouwen van dergelijke ondersteunende fiscale regelingen zal doorklinken.

Het belang van EIA de afgelopen jaren is groot geweest. De regeling heeft veel bedrijven net over de investeringsdrempel geholpen. Het voordeel dat de regeling oplevert – gemiddeld zo’n 13,5% - is zeker voor kleinere investeerders buitengewoon aantrekkelijk. Nog los van het feit dat de investeringen vervolgens ook voor een lagere energierekening zorgen.

In dit verslag vindt u een aantal inspirerende praktijkverhalen van ondernemers – groot en klein – die met ondersteuning vanuit de EIA investeerden in energiebesparing. Daarnaast maken de kencijfers in dit verslag duidelijk dat heel veel bedrijven en organisaties hier heel bewust mee aan de slag zijn gegaan. Het aantal en het tempo moet echter nog flink omhoog. Veel bedrijven doen er nog te weinig aan. Het is een grote uitdaging om 49% CO2 te reduceren. Energiebesparing is daarvoor een heel goed instrument. Ondernemers zouden geen moment moeten twijfelen om er mee aan de slag te gaan. Het loont en de investering verdien je terug. Ook in het Klimaatakkoord waar we nu mee bezig zijn zal energie besparen een belangrijke plek krijgen.”

Ed Nijpels
voorzitter borgingscommissie Energieakkoord en voorzitter van de overkoepelende Klimaatraad van het Klimaatakkoord