AMS zet in op ontwikkeling groene concurrerende schepen

Verduurzaming is onontkoombaar, is de stellige overtuiging van Igor Jansen. Samen met Ton van der Molen is hij eigenaar van scheepvaartonderneming Amulet Management & Services (AMS). Die noodzaak tot verduurzamen geldt zeker ook voor de scheepvaartsector, niet in de laatste plaats vanwege de strengere emissie-eisen aan schepen die in 2020 van kracht worden. AMS kiest daarom bewust voor de ontwikkeling van schone en zuinige schepen.

Ecotanker

“We hebben de schepen heel bewust aangekocht met het doel ze om te bouwen en energiezuiniger te maken”

“Met Ecotanker Amulet, een dieselelektrisch aangedreven schip, waren wij in 2010 koploper in de duurzame scheepvaart”, zegt Jansen. Laatste wapenfeit is de renovatie van twee LNG-elektrisch aangedreven binnenvaarttankschepen tot energiezuinige Ecotanker II en Ecotanker III. “Deze schepen – overigens de twee eerste LNG-elektrische schepen in Noordwest-Europa – rendeerden slecht door een niet optimale samenwerking tussen gasgeneratoren en elektrische installaties, waaronder de voorstuwingsinstallatie. We hebben die schepen heel bewust aangekocht met het doel ze om te bouwen en energiezuiniger te maken.”

Bijplaatsen kleine generator voor hotelbedrijf

Het probleem met de oude configuratie van de schepen was onder meer dat er altijd minstens een van de vier grote gasgeneratoren moest draaien voor het opwekken van stroom. Ook voor het zogeheten ‘hotelbedrijf’, wanneer het schip niet vaart, of niet aan het lossen is. Jansen: “Maar tijdens dat hotelbedrijf wordt zo’n generator maar voor 10% belast. Dat is niet alleen slecht voor zo’n gasgenerator, ook het brandstofverbruik is erg moeilijk te regelen. Wij hebben daarom onder andere een kleine generator bijgeplaatst die we gebruiken voor het opwekken van stroom als we niet varen of geen pompen nodig hebben om te lossen. Dat is veel efficiënter.”

Ecotanker

Besparing van 30% op brandstof

Een tweede probleem met de oude configuratie was dat de bakboord- en stuurboordzijde gescheiden door de generatoren werden bediend. Om te varen, moesten er dus altijd twee generatoren draaien: Eén voor bakboord en één voor stuurboord. “En dat ook nog eens relatief onbelast. We hebben een nieuw regelsysteem geïnstalleerd waarmee een generator zowel stuurboord als bakboord bedient en het niet uitmaakt welke generator er draait. Door aanpassing van het motorregelsysteem en een nieuwe elektrische voortstuwingsinstallatie, kunnen we veel renderender werken. De schepen varen zeer schoon en besparen ruim 30% brandstof.”

Ecotanker-concept

Enkele jaren geleden al deed AMS ervaring op met het bouwen van een energiezuinig schip: de Amulet. “Voor dat schip – een dieselelektrisch aangedreven binnenvaarttanker – hebben we allerlei zaken geoptimaliseerd om het brandstofverbruik te reduceren. Van elektrische aandrijving, tot onder meer de aanpassing van rompvorm en schroeven. Wat we nog aan fossiele brandstof verbruiken, reinigen we door middel van katalysatoren waardoor de uitstoot minder belastend is voor het milieu. Dat hele pakket aan maatregelen – door ons gedoopt als ‘het Ecotanker-concept’ – hebben we eigenlijk nu ook op de twee LNG-elektrisch aangedreven schepen toegepast.”

Ecotanker

“Ik heb het EIA-proces als zeer positief ervaren. De EIA-medewerkers beschikken over veel kennis van zaken. Daardoor kun je op een gelijkwaardig niveau met elkaar in gesprek”

Prettig verlopen proces

De verduurzaming van de Ecotanker II en III wordt ondersteund door de EIA-regeling. “Dat was bij de Amulet indertijd ook het geval. Die regeling heeft ons toen echt over de streep getrokken en doen besluiten om dat schip te bouwen. Het was echt een must om van die regeling gebruik te maken omdat het bouwen van en varen op een duurzaam schip eigenlijk niet kostendekkend was. Jansen is overigens goed te spreken over de wijze waarop het EIA-aanvraagproces is verlopen. “Ik heb dat als heel positief ervaren. De mensen die bij onze aanvraag betrokken waren en ook zijn langs geweest, beschikken overduidelijk over veel kennis van zaken. Dat is erg prettig, want dan kun je op een gelijkwaardig niveau met elkaar in gesprek.”