De Energie-investeringsaftrek (EIA) is één van de regelingen waarmee het ministerie van Economische Zaken bedrijven ondersteunt bij het investeren in innovatieve, energiebesparende en duurzame technieken. Met de EIA levert zowel de overheid als het bedrijfsleven een bijdrage aan de energiebesparings-doelstellingen voor 2020. De investeringen waarbij ondernemers in 2016 gebruikmaakten van EIA leveren naar verwachting een CO2-reductie op van 1.100 kiloton per jaar.

Het Nederlandse energie- en innovatiebeleid

De Nederlandse overheid wil in haar energievoorziening minder afhankelijk zijn van andere landen, hoge prijzen en vervuilende brandstoffen. Binnen de Europese Unie is afgesproken om in 2020 20% minder CO2 uit te stoten dan in 1990. In 2020 wil de Europese Unie dat minimaal 20% van de energieproductie duurzaam is. Dit Europese doel voor hernieuwbare energie vertaalt zich voor Nederland in een verplichting van 14% voor 2020. In het Energieakkoord is daarnaast afgesproken dat dit aandeel in 2023 verder moet toenemen tot 16%. In 2050 moet de energieproductie conform het Regeerakkoord van het kabinet volledig duurzaam zijn.

In 2013 heeft de regering in het Energieakkoord afgesproken dat zij de EIA zo veel mogelijk richt op energiebesparing en niet langer op hernieuwbare energie. Voor bestaande beschikkingen op het gebied van hernieuwbare energie blijft de EIA onverkort van kracht. Daarnaast zet het ministerie van Economische Zaken via het Topsectorenbeleid en de Green Deals in op uitvoering van het energie- en innovatiebeleid. Via het Topsectorenbeleid werken bedrijven, overheid, kennisinstellingen en universiteiten samen aan innovatie en economische groei in negen sterke sectoren. De Green Deals moeten burgers, bedrijven en lokale en provinciale overheden helpen energieprojecten te realiseren, bijvoorbeeld door belemmeringen weg te nemen. De EIA sluit nauw aan bij de Meerjarenafspraken energie-efficiëntie (MJA en MEE), Green Deals en het Topsectorenbeleid. Samen zorgen deze instrumenten voor (technische) innovaties en ‘groene groei’ bij bedrijven en organisaties.

Het Klimaatakkoord van Parijs dat in december 2015 is afgesloten, legt de focus op een forse reductie van broeikasgassen met als doel de wereldwijde temperatuurstijging te matigen tot maximaal 2 graden Celsius. Energiebesparing is één van de instrumenten om een reductie van broeikasgassen te realiseren. De EIA draagt bij aan energiebesparing en bevordert daarmee ook de reductie van broeikasgassen.

EIA stimuleert innovatieve energiebesparing

EIA is een ondersteuningsmaatregel voor bedrijven die investeren in innovatieve energiebesparende technieken en duurzame energie. De maatregel biedt belastingvoordeel op investeringen in vernieuwende technieken die energie besparen ten opzichte van een standaardtechniek. De investering in deze technieken is vaak hoger dan die van gangbare technieken. EIA compenseert een deel van de hogere kostprijs. In 2016 leverde EIA de bedrijven een netto voordeel op van circa 14% op energiebesparende investeringen.

Verwachte CO2-reductie

De investeringen waarbij ondernemers in 2016 gebruik maakten van EIA leveren naar verwachting een CO2-reductie op van 1.100 kiloton per jaar. Deze behaalde energie-efficiëntie is vergelijkbaar met het jaarlijkse gasgebruik van 375.000 huishoudens. Ter vergelijking: in 2015 was dit circa 1.280 kiloton CO2 per jaar. Het geïnvesteerde bedrag is nagenoeg gelijk gebleven. Echter er zijn meer aanvragen uit de gebouwde omgeving ontvangen en minder duurzame energie aanvragen dan in 2015. De besparingsnorm, het aantal euro dat EIA uitgeeft per bespaarde Nm3 aardgas (of CO2), is bij gebouwde omgeving projecten ongunstiger dan bij duurzame energie. Ook blijven grotere energiebesparingsprojecten uit de industrie sector achter. Hierdoor is per saldo de verwachtte omvang van de CO2-reductie iets gedaald.

Periode verslaglegging

Het jaarverslag van EIA wordt jaarlijks opgesteld en is gebaseerd op de periode van 1 januari 2016 tot 1 april 2017. In deze periode zijn alle aanvragen ingediend voor de EIA-regeling van 2016. Bedrijven kunnen namelijk tot drie maanden na aanschaf van een bedrijfsmiddel een aanvraag doen voor EIA. Ook de cijfers en tabellen zijn vastgesteld op basis van de cijfers per 1 april 2017. Op de peildatum was 90% van het aantal aanvragen van 2016 ook daadwerkelijk afgehandeld.